WBM bestaat 50 jaar. In die 50 jaar heeft een grote groep mensen bij ons gewerkt, oud-collega’s met hun eigen ervaringen en belevenissen. Een vat vol verhalen dus! De komende maanden tekenen we enkele van die verhalen op. In dit artikel ploegleider Jan Kunnen over zijn liefde voor zijn vak, de eerste prins carnaval van WBM en de technologische veranderingen die hij meemaakte.
Jan begon zijn werkende loopbaan bij Nebi-vloeren als onderhoudsmonteur. Nebi was onderdeel van de Willemsen-groep, een holding waaronder later ook WBM Staalservice centrum zou vallen. “Wat wel een grappig feitje is”, licht Jan toe. “Is dat de miljoenste m2 Nebi-vloer in de toen nieuw gebouwde fabriek van WBM Staalservice centrum ligt”. Dat was in januari 1968, dat blijkt ook uit een krantenartikel uit het toenmalige Land van Weert.
In februari 1966 maakte Jan de overstap naar de WBM machinefabriek, ook een tak van de Willemsen-groep. Daar was hij constructiebankmedewerker. Het laatste stapje naar WBM Staalservice centrum werd niet lang daarna gemaakt. Zijn plek werd aan de brandsnijmachine, waarvoor hij een scholing van een paar weken volgde in Rotterdam.
Technische veranderingen
De werkzaamheden aan de brandsnijmachine heeft hij zien veranderen. Een van de eerste brandsnijmachines was er eentje van zes meter. “Die machine moesten we verschuiven om de plaat eraf te halen”, herinnert Jan zich. “We werkten met een tekening die aan de zijkant van de machine lag. Met een oog werden de lijnen van de tekening gevolgd, om dat vervolgens uit te snijden in de plaat. Later werkten we met ponsbandjes, die moesten worden uitgelezen. Nóg later werd een deel van het proces geautomatiseerd. ‘Boven’ werden dingen voorgeprogrammeerd. De werkvoorbereiding zat toentertijd in een ander gebouw op de eerste verdieping. Op de werkvloer gebruikten we daar de term ‘boven’ voor.”
“In mijn tijd was er een afdeling brandsnijden, knippen en zetten”, vervolgt Jan. “Vroeger hadden we wel vijf knipscharen. Dat knippen bestaat al helemaal niet meer, dat werd lasersnijden. WBM was de eerste van Nederland die een lasersnijkop had.” Van medewerker aan de brandsnijder groeide Jan door naar ploegleider. Hij had zo’n 23 man in zijn team. Zo zat Leon Hoeken, die laatst zijn 40-jarig jubileum vierde, zat ook in zijn team. “Die 40 jaar heb ik net niet gehaald. Wel 38, en in die 38 jaar heb ik met veel plezier bij WBM gewerkt.”
Eerste prins carnaval van WBM Staalservice centrum
Jan heeft ook goede herinneringen aan de activiteiten die er náást het werken waren. Sterker nog; Jan was de allereerste prins carnaval van de carnavalsvereniging van WBM Staalservice centrum. Jan: “En dat moest ik natuurlijk geheim houden. Zaten we met ons clubje aan een tafel, en gingen ze speculeren over wie het zou worden. En ik zei natuurlijk niks. Op de feestavond in de Klak in Tungelroy ging ik op een zeker moment naar achteren, werd ik als vermomming in een berenvel gehesen en werd ik onthuld. Dat was voor iedereen natuurlijk een enorme verrassing!”
Ik was de eerste prins carnaval van WBM Staalservice centrum.
Maar sportieve activiteiten waren er ook. Zo werd er jaarlijks een voetbaltoernooi georganiseerd. De teams waren afkomstig uit allerlei geledingen binnen de Willemsen groep. “Dus er was bijvoorbeeld een team uit de fabriek, eentje uit het kantoor van WBM en uit het Nebi-kantoor enzovoorts”, licht Jan toe. “Dat was ieder jaar weer iets om naar uit te kijken.”
Alleskunner
Jan staat ook bekend om zijn zelf vervaardigde bloembakken: “Lidwina, die bij WBM op de administratie werkt, kwam met het idee om de ingang van ons kantoor te verfraaien met zelfgemaakte metalen bloembakken. Ik heb die nog in elkaar gelast. Ik heb zelfs het ontwerp nog een beetje gewijzigd, omdat het zo nog wat meer diepte kreeg. We hebben de bakken aangeboden aan de voormalige directeur Kodde, toen die 50 jaar werd. Ik ben later nog wel eens gebeld om nog wat van die bakken te maken. Zelfs na mijn pensioen. De poppetjes voor de carnavalsvereniging in Stramproy, de Zoatmaale, heb ik voor mijn pensioen nog gemaakt, zodat de carnavalsvereniging deze op voorraad had liggen voor een aantal jaren.
Ik blijf plezier halen uit het werken met metaal. Zo heeft mijn schoonzoon een slagerij. Ik heb bijna alles wat daar staat en van metaal is wel in mijn handen gehad. Ik had ook de ruimte om na mijn pensioen bij WBM nog wat te doen. Tot een tijd terug stond er namelijk nog een oude zetbank, de ‘24’, in een hoekje bij de koffieautomaat. Daar was ik niemand tot last en heb ik nog even mijn ding kunnen doen. Maar na verloop van tijd wordt dat minder, ook omdat ik mijn hobby fietsen weer uitgebreider heb opgepakt.”
Op de hoogte blijven van WBM? Inschrijven voor onze nieuwsbrief kan rechts op onze homepage! In deze nieuwsbrief publiceren we ook allerlei onderwerpen rondom ons jubileum.